Sint-Maarten

Bij gebruik van materiaal uit de mediabank dient steeds een correcte bronvermelding gebruikt te worden: verwijzen naar www.madeinaalst.be én vermelden van de collectie waaruit het materiaal afkomstig is.

 

Wie is deze onnavolgbare ex-soldaat, mirakelman en kindervriend? Waar vinden we sporen van hem terug in het Aalsterse erfgoed? Hoe en waarom werd en wordt hij in Aalst gevierd?

 

Patroon van de bedelaars

Het verhaal van de jonge Romeinse soldaat Martinus die tijdens een strenge winter zijn mantel zou gedeeld hebben met een verkleumde bedelaar, kennen we van de vroegmiddeleeuwse heiligenlevens. Deze bronnen zijn dan wel niet altijd even betrouwbaar, toch kunnen we aannemen dat Martinus (° ca. 316 – † 397) na een korte carrière in het Romeinse leger als missionaris naar Gallië trok. Daar bekleedde hij onder meer de functie van exorcist, bisschop van het bisdom Tours en stichtte hij kloosters. Zijn eenvoud en grootmoed staken schril af tegen de praal van de Gallo-Romeinse geestelijken. Daarom werd Martinus geroemd om zijn liefdadigheid.

 

Scannen0004 

 

Feest van de armen

Sint-Martinus werd zo populair als heilige dat hij zowel de patroon van de bedelaars als van het Franse koningschap werd. Ook soldaten, ruiters, kleermakers, reizigers of wijngildes riepen zijn bescherming in. De grootschalige volkse beleving van Sint-Maartenvieringen kan verklaard worden door de christelijke toe-eigening van een aantal heidense gebruiken. Zo werd de herdenking van Martinus’ begrafenis op 11 november aangegrepen om Sint-Martinusvuren te ontsteken. Met dit ritueel werd het begin van de winter gevierd. Ook het einde van de wijnoogst werd op dat moment gevierd en dat ging gepaard met het drinken van Sint-Martinuswijn. Een ander gebruik was het eten van de Sint-Martinusgans naar aanleiding van de jaarlijkse ganzentrek en de opening van de ganzenjacht. Het feest van Sint-Martinus werd dus van oudsher op ruime schaal gevierd en groeide uit tot een ware kermisdag. Uit 16e eeuwse iconografie blijkt duidelijk dat de viering van Sint-Maarten in de Nederlanden bij uitstek een feest was voor armen en gebrekkigen.

 

Sint-Martinuskerk

Hoewel Sint-Maartensvieringen een volks karakter hadden, ontstond op een aantal plaatsen ook een specifieke devotie ten aanzien van de heilige Martinus. Zo ook in Aalst. Oude bronnen tonen aan dat de parochiekerk van Aalst niet uitsluitend aan de Heilige Martinus was toegewijd. In 870 sprak men nog van de Onze-Lieve-Vrouwekerk en pas in het midden van de 15e eeuw werd de kerk omschreven als de Sint-Martinuskerk. Vóór de plechtige verheffing van de relieken van Sint- Martinus (in 1674) zijn er ook geen expliciete bewijzen van een speciale devotie aan de Heilige Martinus. Rond 1684 werd een nieuw hoofdaltaar met het reliekschrijn van Sint-Martinus ontworpen. Het indrukwekkend altaarschilderij stelde de opwekking van een dode door de Heilige Martinus voor en werd bekroond met een groot ruiterbeeld. Dat Sint-Maarten een populaire heilige was, bleek uit de grote ontgoocheling bij de afbraak van het altaar kort na 1900. Het schilderij werd naar de zuidelijke kruisbeuk verhuisd terwijl het ruiterbeeld (tot vandaag) te vinden is in ’t Gasthuys - Stedelijk Museum.

 

Patacons

En nog zijn er voorbeelden van de verering van Sint-Martinus. Zo werden bij opgravingen in de Peperstraat in Aalst vroeg 18e eeuwse patacons gevonden met de afbeelding van Sint-Maarten. Dit zijn al dan niet beschilderde schijven, plaketten of figuren in gebakken witte pijpaarde. Ze dienden als versiering van speciale broden en koeken die ter gelegenheid van bepaalde feestdagen in de winterperiode werden gebakken (Sint-Maarten, Allerheiligen of Driekoningen).

 

 

De Ridder G 060 bruikleen b 

 

Kindervriend

Dat Sint- Maarten vandaag vooral als kindervriend bekend is, ligt aan de traditie van de bedeltochten. Schilderijen tonen dat jongeren al in de 16e eeuw op bedeltocht gingen voor snoepgoed (grielen) om vervolgens een Sint-Maartensvuur aan te steken. In Aalst zijn Sint-Maartensvuren of grielen niet echt meer gebruikelijk, maar toch leeft de eeuwenoude traditie van de Sint-Maartenviering hier verder dankzij de jaarmarkt. Kenmerkend ook is de sterke vereenzelviging met Sint-Niklaas. De twee heiligen worden op dezelfde manier afgebeeld en op dezelfde wijze gevierd. Zowel de viering van Sint-Maarten als die van Sint-Niklaas werden in 2009 opgenomen in de inventaris van het Immaterieel Cultureel Erfgoed Vlaanderen.